In Nederland is de paarse galgordijnzwam een zeldzame verschijning, maar in het Waddengebied komt deze opvallende soort voor op Texel, Vlieland en Terschelling. Nu wil ik niet direct zeggen dat de Wadden geen onderdeel van Nederland zijn, maar het hoort toch bij de periferie van het land. Bewoners van de Randstad hebben soms het onbewuste gevoel dat het Waddengebied zover van hen verwijderd is, dat het bijna een deel van Scandinavië moet zijn.
![]() |
[Foto: Hetty van Westrenen] |
De paarse galgordijnzwam reikt tot zeven centimeter boven de ondergrond. De witte tot gelige steel wordt dunner naarmate hij dichter bij de hoed komt. De hoed van de paarse galgordijnzwam meet twee tot vijf centimeter in doorsnede. Hij begint zijn leven bolvorming en spreidt zichzelf dan later uit, vaak met een instulping (de tegenstelling van uitstulping) in het midden. De kleur van de hoed is eerst helder violet, maar verkleurt daarna langzaam vanuit het centrum naar okerkleurig. De hoed blijkt kleverig bij aanraking.
Kenners melden een sterke, onplezierige geur. Slachtoffers melden een bittere smaak. Handboeken melden een unknown edibility.
Dat deze prachtige en behoorlijk zeldzame soort ook op enkele Waddeneilanden is aangetroffen toont ook maar weer eens aan hoe uniek het hele gebied is. Het verdient bescherming, net als de mensen die er in (de eilanden) of aan (de kust) wonen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten