Karmijnrood netwratje

Volgens alle veldgidsen komt het Karmijnrood netwratje (Arcyria denudata) over de hele wereld voor en in Nederland zou hij algemeen voorkomen. Maar kijken we wat dieper in de gegevens dan blijkt dit piepkleine slijmzwammetje slechts een enkele keer op Texel te zijn waargenomen.
[Image: Lukas from London, England - Karmijnrood netwratje]

Het karmijnrood netwratje is een kleine rode slijmzwam die in groepjes groeit. Hij leeft saprotroof op dood loofhout van takken, struiken en bomen. In de 'slijmvorm' zoekt het witte plasmodium actief naar prooien. Die prooien bestaan uit bacteriën die in dat dode loofhout het verval bespoedigen.

Pas daarna ontstaan de eigenlijke zwammen die een hoed hebben die ietwat ovaal tot cilindrisch gevormd zijn en een diameter hebben van 0.5 tot 1.0 millimeter. Daarbij is die hoed, als gevolg van diens vorm, tussen de 1.5 tot 5 millimeter hoog. De kleur wordt beschreven als variërend tussen rozerood en baksteenrood. Op latere leeftijd verweert die kleurr naar bruinachtig. De hoed wordt gedragen door een steel die vaak niet eens goed te zien is en zo'n kwart van de totale hoogte van de hele zwam bedraagt. De kleur van die steel is gelijk aan die van de hoed. De sporen zijn uiteraard bijna microscopisch klein met een diameter van zo'n 6 tot 8 µm.

Zo klein zijn ze dat je al snel denkt dat ze nauwelijks zullen opvallen, maar dat valt best mee. Het karmijnrode netwratje komt namelijk voornamelijk voor in grote groepen en met die kleur zal dat zeker opvallen.

Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Arcyria, kunnen we terugvinden in woordenboeken van het Oudgrieks, waar arkys (ἄρκυς) zoiets als '(vang)net' betekende om dieren te vangen. Het verklaart de netvormige buitenkant van de hoed van dit geslacht. Het tweede deel, denudata, is geleend uit het Latijn, waar dēnūdō gesplitst kon worden in ('over' of 'betreffende') en nūdus ('naakt').

Een slijmzwam is dus een vreemde eend in de bijt van de zwammen. Het plasmodium kun je zien als meerdere cellen die samenwerken om te jagen op andere organismen. In het verleden waren deze organismen geklassificeerd onder de zwammen, maar moderne inzichten hebben geleid tot nog meer verwarring. Genetisch onderzoek heeft wel duidelijk gemaakt dat slijmzwammen en zwammen geen directe gemeenschappelijke voorouder hebben. Wij houden het eenvoudig, want ik reken slijmzwammen nog steeds tot de zwammen.

Er is heel beperkt wetenschappelijk onderzoek verricht aan het karmijnrood netwratje. Er zijn wat stofjes gevonden die nooit eerder in de natuur waren aangetroffen en een van die stofjes leek beschadigingen te veroorzaken aan speciale menselijke cellen die gevoelig gemaakt waren voor leukemie en Aids[1].

[1] Kamata et al: Bisindole alkaloids from myxomycetes Arcyria denudata and Arcyria obvelata in journal of Natural Products - 2006

Geen opmerkingen:

Een reactie posten